Effectbeschrijving
Bij inpassing van het (geactualiseerde) profiel Gastvrije Waaldijk op dijk verbetert de passeerbaarheid (en dus ook enigszins de verkeersafwikkeling) van elkaar tegemoetkomend verkeer ten opzichte van de huidige situatie. De (verharde) wegbreedte (asfalt inclusief betonbanden) van het nieuwe wegprofiel is namelijk breder dan de asfaltwegbreedte in de huidige situatie.
Het verkeersnetwerk in het directe invloedsgebied van dijk wijzigt in de toekomstige situatie (2030) niet. Er worden geen (aansluitingen van) wegen toegevoegd of weggehaald.
De verkeersfunctie van dijk (erftoegangsweg) blijft daarmee laag en is met name bedoeld als (erf)ontsluiting van de aanliggende bebouwing, percelen en andere bestemmingen.
Het oostelijk gedeelte (tussen Ophemert en Tiel/Passewaaij) behoudt wel een zekere ontsluitende functie met hogere verkeersintensiteiten, maar dit wordt gefaciliteerd door een breder wegprofiel (en voorrangsstatus) om de verkeersstromen goed te kunnen (blijven) verwerken.
Op beperkte schaal zijn in het Vergunningenontwerp private uitritten gebundeld aangesloten op dijk. Daarnaast worden er (veel) meer snelheidsremmende maatregelen (plateau’s / verhoogde kruisingsvlakken) op de dijk aangebracht dan nu het geval is. Deze maatregelen leveren bij een te hoge passeersnelheid weliswaar discomfort op, maar hebben een beperkt effect op de verkeersafwikkeling.
Per saldo zal voor de gehele dijk vanuit verkeersafwikkeling sprake zijn van een neutraal / geen significant effect.
Effect op verkeersveiligheid eindsituatie
Door inpassing van het (geactualiseerde) profiel verbetert de passeerbaarheid van elkaar tegemoetkomend verkeer op de dijk ten opzichte van de huidige situatie.
De lage betonbanden zijn als uitwijkmogelijkheid veiliger voor fietsers en gemotoriseerd verkeer dan de (veelal verzakte) grasbetontegels in de huidige situatie. Door de bredere (verharde) wegbreedte kunnen fietsers door auto’s veiliger worden gepasseerd, wordt bermschade beter voorkomen en kunnen ook voetgangers hierop lopen.
De toepassing van betonbanden met een smallere rijloper zorgen voor een snelheidsremmend effect voor auto’s/motoren.
Daarnaast zorgt ook het toepassen van (veel) meer snelheidsremmende maatregelen (verkeersplateau’s) op komgrenzen en kruispunten (lees: potentiele conflictpunten) en tussenliggende wegvakken dat de verkeersveiligheid wordt vergroot ten opzichte van de huidige situatie.
Op trajectdelen binnen de bebouwde kom kunnen/worden bredere betonbanden toegepast, zodat ook voetgangers een (weliswaar) smalle ruimte in het wegprofiel krijgen.
Per saldo zal voor de gehele dijk vanuit verkeersveiligheid sprake zijn van een licht positief / gunstig effect.
Effect op afwikkeling en verkeersveiligheid aanlegfase
Randvoorwaardelijk is dat tijdens de aanlegfase de woningen en bedrijven langs dijk bereikbaar blijven, ook voor hulpdiensten. Hetzij vanuit westelijke richting of vanuit oostelijke richting.
Voor het westelijk trajectdeel vanaf Waardenburg tot en met Ophemert heeft dijk geen of een zeer beperkte rol in de ontsluiting van het achterliggend gebied naar het bovenliggend wegennet en is de verkeersfunctie beperkt.
Voor het dijkvak tussen Ophemert en Tiel / Passewaaij is voor de verkeersrelatie tussen Ophemert en Tiel / Passewaaij een alternatieve route beschikbaar via Zijvelingsestraat, Dreef, Lingedijk en Lingeweg, Provincialeweg (en vice versa).
Deze wegen zijn in principe voldoende breed om (tijdelijk) de extra verkeersstromen te kunnen verwerken. Hogere verkeersintensiteiten en extra vrachtverkeer op deze wegen geeft wel een hoger veiligheidsrisico met (overstekende) voetgangers (bijvoorbeeld in de kern Wadenoijen) en fietsers, welke ook gebruik maken van deze wegen.
Per saldo zal vanuit verkeersafwikkeling en verkeersveiligheid tijdens de aanlegfase sprake zijn van een licht negatief effect
Eindsituatie
De verkeersstructuur en de functie van de dijk veranderen niet, er is derhalve geen sprake van verkeersaantrekkende werking.
Het project voorziet in een verschuiving van de wegas op verschillende plaatsen. Op de meeste locaties is dat van de geluidgevoelige objecten af, alleen ter hoogte van Opijnen en in het buitengebied tussen Opijnen en Heesselt en tussen Ophemert en Tiel komt de wegas dichter naar de geluidgevoelige objecten toe. Tevens zal het dijklichaam opgehoogd worden.
Voor de volgende woningen geldt dat de wegas richting de woningen verplaatst:
- Waaldijk 19 en 20 te Opijnen;
- Waalbandijk 90a, 92, 94, 100, 102 en 104 te Heesselt;
- Waalbandijk 61, 65, 71, 73 te Ophemert.
Voor een aantal representatief gelegen woningen is in onderstaande tabel het effect opgenomen.
In de bestemmingsplannen is een flexibiliteit opgenomen waarbij de dijk nog twee meter kan verschuiven, en daarmee dan ook de as van de weg. Naar de woningen toe, of van de woningen af. In de tabel zijn de resultaten daarvan cursief weergegeven.
De effecten op de geluidbelasting ter plaatse van deze woningen blijven beperkt tot maximaal 0,9 dB inclusief de effecten van autonome verkeersgroei. Op de woningen die verder van de weg zijn gelegen zal het effect alleen maar minder worden, omdat de wijzigingen daar in verhouding kleiner zijn.
De Wet geluidhinder staat toenames toe tot maximaal 1,5 dB (dan is nog geen sprake van een reconstructie-effect). Daarbij geldt tevens dat deze toenames pas gelden boven 48 dB. Voor de meeste woningen ligt de geluidbelasting lager dan 48 dB, daar is sprake van een rustige omgeving. Alleen op het wegvak van Ophemert richting Tiel ligt de geluidbelasting rondom de 48 dB, maar ook daar zijn de toenames beperkt.
De uitvoering van dit project leidt niet tot een waarneembare toename van de geluidbelasting ter plaatse van de woningen aan deze dijk. Op de woningen die verder van de dijk zijn gelegen zal het effect alleen maar minder worden, omdat de wijzigingen daar in verhouding kleiner zijn.
Ook als gebruik gemaakt wordt van de flexibiliteit om de dijk twee meter te verschuiven blijft de toename van de geluidbelasting beperkt tot maximaal 1,4 dB. Alleen voor de woning Waaldijk 20 te Opijnen neemt de geluidbelasting toe met ongeveer 1,9 dB als de weg dichterbij komt. De geluidbelasting ligt daar echter nog steeds ruim onder de 48 dB. Ook is er niet veel ruimte tussen de woning en de weg om de dijk daar dichter naar de woning te leggen.
Als de dijk 2 meter verder van de woningen af komt dan zijn de toenames beperkt tot maximaal 0,6 dB met op een aantal woningen zelfs een afname.
Bij het gebruikmaken van de flexibiliteit is nog steeds sprake van een rustige omgeving.
Aanlegfase
Tijdens de werkzaamheden aan de dijk wordt gebruik gemaakt van diverse geluidproducerend materieel zoals grondverzetmachines. Het uitgangspunt is om zo veel mogelijk voorkomen van bouw- en slooplawaai. Voor aanleg van infrastructuur wordt de circulaire bouwlawaai 2010 toegepast. De circulaire bouwlawaai hanteert een dagwaarde. Deze waarde:
- is de waarde van het equivalente geluidsniveau bepaald over de periode lopend van 7.00 tot 19.00 uur indien noodzakelijk vermeerderd met een straftoeslag voor geluid met een impulsachtig karakter;
- wordt bepaald op de gevel van woningen en andere geluidsgevoelige gebouwen en op de grens van geluidsgevoelige terreinen;
- wordt bepaald overeenkomstig de Handleiding Meten en Rekenen Industrielawaai. Deze dagwaarde komt overeen met de dagwaarde van het langtijdgemiddeld beoordelingsniveau (LAr,LT,dag), waarbij dat alleen de impulstoeslag wordt toegepast.
De streefwaarde van de dagwaarde is 60 dB(A). Om hieraan te kunnen voldoen, kunnen maatregelen worden toegepast zoals:
- het inzetten van stil materieel of het toepassen van stille technieken;
- een gunstige indeling van de bouwplaats;
- een gunstige toepassing van de bouwvolgorde.
Als de dagwaarde hoger is dan 60 dB(A), dan worden maximaal aantal blootstellingsdagen geadviseerd. Dit geldt voor het uitvoeren van bouw- en sloopwerkzaamheden, als ook voor de bijbehorende installaties en toestellen gedurende het gehele project, die plaatsvinden tussen 07.00 en 19.00 uur op werkdagen. De dagwaarde mag niet meer bedragen en niet langer duren dan de in onderstaande tabel aangegeven waarden en maximale blootstellingduur in dagen. Een geluidsniveau boven de 80 dB(A) wordt afgeraden.
Er vanuit gaande dat de werkzaamheden alleen in de dagperiode wordt uitgevoerd en daarbij het geringe aantal aanwezige geluidgevoelige bestemmingen (voornamelijk buitengebied met een enkele solitaire woning), zal het wat betreft bouwlawaai geen probleem moeten zijn om aan de circulaire te kunnen voldoen.
Effecten luchtkwaliteit tijdens aanleg
Effecten op de luchtkwaliteit worden niet verwacht[1]. De emissies van uitlaatgassen vanuit vrachtwagens en machines zijn relatief beperkt. Bovendien vinden de werkzaamheden zowel in tijd als plaats verspreid plaats in een groot gebied. Hierdoor verwaaien de emissies snel en is er geen verhoging van de concentraties stikstofdioxide en fijnstof te verwachten. De beoordeling is neutraal (0).
Effecten luchtkwaliteit tijdens gebruik
Het dijkversterkingsproject Tiel-Waardenburg leidt niet tot extra verkeer over de dijk. Ook wordt de dijk niet of nauwelijks verlegd. Aangezien er geen veranderingen zullen zijn in de verkeerssituatie, zullen er geen effecten zijn op de luchtkwaliteit. De beoordeling is neutraal (0).
[1] Stikstofdepositie op Natura 2000-gebieden is hiervoor al ‘Effecten&Mitigatie – Ecologie’ al behandeld.
Tijdelijk ruimtebeslag
Om de dijkversterking te kunnen uitvoeren zullen op enkele plaatsen tijdelijke werkstroken nodig zijn. De Opdrachtnemer krijgt voor de tijdelijke ingebruikname 4 of 5 meter vanuit het waterstaatswerk[1]. Daar waar geen beheerstroken aan de buitenzijde zijn zal de Opdrachtgever in principe geen werkruimte geven. WSRL stelt specifiek voor de werkruimte specifieke voorwaarden aan de opdrachtnemer waarmee de omgevingswaarden worden ontzien en legt dit contractueel vast.
Werkterreinen dienen na oplevering in de oorspronkelijke staat te worden teruggebracht. Binnen systeemgrenzen heeft Opdachtnemer namelijk sowieso alle vrijheid om de werkzaamheden uit te voeren en wordt het terrein terug gebracht in de nieuwe situatie.
- Op werkterreinen heeft Opdrachtnemer in principe direct na gunning de benodigde vrijheid om deze terreinen te gebruiken, mits deze na oplevering in oorspronkelijke staat kunnen worden opgeleverd.
- Tijdelijke ingebruikname buitendijks liggen gelijk aan de begrenzing van het waterstaatswerk, de toekomstige beheersstrook van 4 meter is daar gelijk ook de ‘werkruimte’. Daar waar er geen beheersstroken zijn, is dat vanwege behoud van natuurwaarden die, in principe, ook niet door werkzaamheden van de aannemer mogen worden verstoord.
- Werkgrenzen binnendijks liggen waar mogelijk 1 meter buiten de systeemgrens. Hiermee kunnen de aansluitingen op maaiveld worden gerealiseerd. De constructiezones binnen de systeemgrens bieden voldoende werkruimte om constructies te realiseren en zijn goed afgestemd op de eigendomssituatie van derden.
Voor verlegging Kabels en Leidingen, Regionaal Watersysteem en het realiseren van surplus en compensatie in de uiterwaarden zijn separate systeem en werkbegrenzingen gedefinieerd.
Bereikbaarheid
Ten behoeve van de dijkversterking zal grondtransport plaatsvinden en af- en aanleveren van andere materialen en materieel. Een aannemer zal gevraagd worden een uitvoeringsplan te maken dat tot zo min mogelijk hinder voor de omgeving leidt. Hierbij kan gedacht worden aan transporten per schip, om vrachtverkeersbewegingen te verkleinen.
Daarnaast gaat de dijkversterking tot (tijdelijke) beperkingen in de bereikbaarheid van aangelegen erven leiden. Hiervoor moet een aannemer een goed onderbouwd bereikbaarheidsplan maken. Calamiteitenverkeer zal bijvoorbeeld altijd locaties aan de dijk moeten kunnen bereiken. Wel kan er gedacht worden aan tijdelijke wegstructuren om bereikbaarheid te garanderen.
Als referentie wordt gezien dat de Opdrachtnemer de Waalbandijk als bouwroute gebruikt. Binnen de referentie wordt de Waalbandijk (voor deze sectie) afgesloten voor doorgaand verkeer vanwege veiligheid. Uiteraard dient de bereikbaarheid van aanwonenden naar hun perceel/woning te worden gegarandeerd. De Opdrachtnemer is verantwoordelijk voor de aanvraag van verkeersbesluit/ vergunningen om de Waalbandijk tijdens uitvoering af te sluiten. Uitvoeringsvoorwaarden worden in het contract opgenomen.
Laad- en losvoorzieningen en depots
Het realiseren van laad- en losvoorzieningen en depots is de verantwoordelijkheid van Opdrachtnemer. Buiten de werkgrenzen dient de Opdrachtnemer in de uitvoeringsfase zelf vergunningen en locaties voor te regelen voor werkterreinen en routes naar het werk. Hiervoor dient Opdrachtnemer ook afstemming met stakeholders over te voeren en met hen tot overeenstemming te komen.
WSRL heeft in verband met (verkeers)veiligheid in de dorpen en hinder voor omgeving sterke voorkeur voor aanvoer van materiaal en evt. materieel over water. In het contract worden hier minimum eisen aangesteld, maar het is niet realistisch en kosteneffectief om aanvoer over land volledig uit te sluiten. De mogelijke laad- en losvoorzieningen voor schepen zoals WSRL die ziet, zijn benoemd in het PPW. Hiervoor heeft Opdrachtgever een analyse op vergunbaarheid uitgevoerd. Hierbij zijn vier locaties beschouwd, namelijk de Wienenberger Steenfabriek, De Bol bij Varik, uiterwaarden ter plaatse van het kwelbos Varik en het Bitumarin terrein. De Opdrachtgever heeft de vergunbaarheid globaal getoetst, de Opdrachtnemer staat voor het verkrijgen van de vergunning en overeenstemming met de eigenaar. Het staat de opdrachtnemer ook vrij om meer of andere loslocaties te regelen. De Opdrachtgever staat niet garant voor het verkrijgen van overeenstemming tussen de Opdrachtnemer en de eigenaar.
Risico op schade eigendommen
Naast overlast kan het aanbrengen van constructies in de grond nabij woningen tot schade aan woningen leiden. Hiertoe is een belendingenonderzoek gestart in 2019 en zal een nulmeting van panden en/of het plaatsen van meetpunten op woningen worden gedaan voordat de werkzaamheden starten.
[1] Bij grondoplossingen binnen- en buitenwaarts 4 meter vanuit de begrenzing van het waterstaatswerk, bij oplossingen middels een constructie buitenwaarts 4 meter en binnenwaarts 5 meter bij een beheerpad in de teen.
Effectbeoordeling
Mitigerende maatregelen
Om het dijkversterkingsontwerp uitvoerbaar te maken is in het ontwerp rekening gehouden met maatregelen die negatieve effecten beperken. Aan de te selecteren aannemer wordt nadrukkelijk gevraagd ten aanzien van woon- en leefmilieu te komen met slimme plannen om negatieve effecten te verkleinen.