Dijkvak 25 loopt van TG129+80 tot TG134.
Versterkingsopgave
De dijk moet met 35 centimeter worden opgehoogd tot NAP +11,10 m. Er is een stabiliteitstekort binnenwaarts en de pipingopgave is urgent.
Keuze vergunningenontwerp
Binnendijks liggen enkele woningen (Waalbandijk 90, 92 en 94), de kromakkers en op enige afstand van de dijk een A-watergang. Buitendijks bevinden zich waardevolle natuurwaarden, waaronder het leefgebied van de kamsalamander en zachthoutooibos. Omdat dit bos behoort tot een groter boscomplex moet het gespaard blijven. Daarom is in dit dijkvak gekozen voor een ruimtebesparende oplossing.
Beschrijving vergunningenontwerp
De ruimtebesparende oplossing lost zowel het stabiliteitstekort als de pipinopgave op. De dijk wordt opgebouwd vanuit de huidige teen van het buitentalud. Het buitentalud krijgt een helling van circa 1:2,5 en wordt daarom met steen bekleed. Aan de buitenzijde is hiermee voldoende ruimte om een beheerstrook in te passen, zonder de natuurwaarden te raken. Het binnentalud krijgt ook een helling van circa 1:2,5. Aan de binnenzijde wordt een gecombineerde beheerstrook gerealiseerd voor de A-watergang en de waterkering. Deze beheerstrook krijgt een breedte van 5 meter. Ten behoeve daarvan wordt de A-watergang ter plaatse van de kromakkers enkele meters naar binnen gelegd, maar zodanig dat de kavelstructuur en de bomen behouden blijven.
Landschappelijke inpassing
A-watergang
De A-watergang tussen Waalbandijk 90a en 92 wordt geraakt en naar binnen verlegd. Daarbij wordt de kavel geraakt. De hoogstambomen worden zo veel mogelijk behouden of anders op de kavel gecompenseerd. Door het smalle dijkontwerp kan de A-watergang zijn functie behouden en hetzelfde worden ingericht als in dijkvak 24. De afgetichelde laagte aan de buitenzijde blijven behouden.
Toerit Waalbandijk 90 (TG130)
Om de binnenberm zo onopvallend mogelijk in te passen zijn de overgangen naar de dijk met alleen binnentalud vloeiend en zacht gemaakt. De overgang wordt daarbij opgevangen in combinatie met de erf-en perceelstoerit naar Waalbandijk 90 en een flauwe overgang in hoogte van de binnenberm (circa 1:20) waarin de beheerstrook richting de binnenberm is ingepast. De kastanje onder aan de dijk bij de erf-en perceelstoerit van Waalbandijk 90 wordt behouden. De erf-en perceelstoerit wordt teruggebracht op dezelfde locatie. De toerit wordt, conform de huidige materialisering, uitgevoerd in betonstraatsteen.
Dijkvak 26 loopt van TG134 tot 138.
Versterkingsopgave
De dijk moet met 30 centimeter worden opgehoogd tot NAP +11,05 m. Er is een stabiliteitstekort binnenwaarts en buitenwaarts en de pipingopgave is urgent.
Keuze vergunningenontwerp
Binnendijks ligt een leidingstrook en een transformatorstation. Tevens liggen binnendijks twee woningen ter hoogte van de Waalbandijk 98 en 100 (TG137 tot TG138). De kleiputten direct buitendijks kwalificeren als Natura 2000 habitattype ‘leefgebied voor de kamsalamander’. In een business case zijn twee varianten uitgewerkt, namelijk een grondoplossing en een constructie. Hieruit is gebleken dat een ruimtebesparende oplossing goedkoper is. De kosten van een constructie wegen in dit geval op tegen een oplossing in grond omdat hiermee een verlegging van de leidingstrook wordt vermeden en de benodigde berm van circa 25 meter niet hoeft te worden aangelegd. Dit betekent dat de constructie van dijkvak 25 kan worden doorgetrokken.
Beschrijving vergunningenontwerp
De ruimtebesparende oplossing lost zowel het stabiliteitstekort als de pipinopgave op. De dijk wordt opgebouwd vanuit de buitenkruinlijn. Het buitentalud krijgt een helling van circa 1:2,5 en wordt daarom met steen bekleed. Het binnentalud krijgt een helling van circa 1:3.
Landschappelijke inpassing
Toeritten
De erf-en perceelstoerit (TG135+50) naar de boomgaard en het boscomplex van de kromakkers wordt uitgevoerd in gras of grasbetontegels. De erf- en perceelstoegangen naar de Kromakkers en Waalbanddijk 94 (TG134+70) en 98 (TG135+50) worden conform de huidige materialisering teruggebracht. De helling van de erf- en perceelstoegangen blijft gelijk.
Dit dijkvak bestaat uit vier delen: dijkvak 27a loopt van TG138 tot TG140+50, dijkvak 27b loopt van TG140+50 tot TG144, dijkvak 27c loopt van TG144 tot TG145+70 en dijkvak 27d loopt van TG145+70 tot TG147.
Versterkingsopgave
De dijk wordt verhoogd tot NAP + 10,85. Dit betekent dat dijkvak 27a 30 centimeter opgehoogd moet worden, dijkvak 27b 25 centimeter, dijkvak 27c 5 centimeter en dijkvak 27d 15 centimeter. Er is zowel binnenwaarts als buitenwaarts een stabiliteitstekort in het hele dijkvak. In delen a, b en d is de pipingopgave urgent, in deel c niet.
Keuze vergunningenontwerp 27a en b
In dijkvak 27 is ruimte voor een lichte binnenwaartse asverschuiving. Het binnendijkse landschap is grotendeels agrarisch. Echter, vanwege de instabiele ondergrond zou enkel een oplossing in grond in delen van het dijkvak leiden tot een zeer brede binnenberm (circa 25 meter in deel a, circa 21 meter in deel b) en daarmee tot hoge kosten. Ook zou de woning aan de Waalbandijk 102 geraakt worden. Een buitenwaartse versterking is niet haalbaar, want in bijna het gehele dijkvak 27 liggen buitendijks kwalificerende habitattypen, waaronder leefgebied van de kamsalamander en zachthoutooibos. Er is daarom gekozen voor een hybride oplossing: een grondoplossing in combinatie met een constructie. Dit is hier een goedkopere oplossing dan een oplossing met enkel een constructie. Daarnaast wordt hiermee de beheerbaarheid van de dijk verbeterd.
Beschrijving vergunningenontwerp 27a en b
De ruimtebesparende oplossing lost zowel het stabiliteitstekort als de pipinopgave op. Voor een gecombineerde oplossing van grond en constructie is delen a en b een binnenberm van 5 meter breed nodig. Deze berm wordt op circa 4/9e van de hoogte van de dijk ingestoken, zodat de berm kan worden versmald. Ter plaatse van het huis aan Waalbanddijk 104 is geen ruimte voor een binnenberm. Daar wordt de dijk aangelegd met een binnentalud van circa 1:3 en een ruimtebesparende oplossing. In verband met het zachthoutooibos aan de buitenzijde is het ook niet mogelijk de dijk hier naar buiten te schuiven. Door de ruimtebesparende oplossing kan de huidige situatie bij de woning min of meer behouden blijven, en kan de beplanting aan de binnenzijde grotendeels worden gehandhaafd
Keuze vergunningenontwerp 27c
Tussen Waalbandijk 104 en Waalbandijk 108 (TG143+20 en TG146) is wel ruimte voor een grondoplossing (asverschuiving binnenwaarts) en is een constructie niet nodig.
Beschrijving vergunningenontwerp 27c
Op dit gedeelte van de dijk is een berm nodig met een breedte van circa 7 meter. De berm wordt ingestoken op circa 4/9e van de dijkhoogte, zodat de berm kan worden versmald. Omdat de pipingopgave niet urgent is, wordt hier nog geen maatregel opgenomen, maar wel een ruimtereservering getroffen.
Keuze vergunningenontwerp 27d
In deel d wordt weer gekozen voor een ruimtebesparende oplossing met een (zeer) lichte buitenwaartse asverschuiving. Aan de binnenzijde liggen twee woningen ter hoogte van de Waalbanddijk 108 en Waalbanddijk 110. Buitendijks bevindt zich een kwalificerende habitattype (zachthoutooibos).
Beschrijving vergunningenontwerp 27d
De constructie wordt in de binnenberm geplaatst en fungeert tevens als pipingmaatregel. Daarnaast is de omvang van de berm zodanig dat die past binnen het ruimtebeslag. Het binnentalud krijgt een helling van circa 1:3. Een buitenwaartse asverschuiving is niet haalbaar, gezien het grote oppervlak zachthoutooibos aan de westzijde van dijkvak 27, daarnaast is het leefgebied van de kamsalamander en zijn afgetichelde laagtes buitendijks (oostelijk deel) aanwezig. Om dit te ontzien wordt de dijk in het gehele dijkvak opgebouwd vanuit de buitenteenlijn.
Om het leefgebied van de kamsalamander, de killen en het zachthoutooibos buitenwaarts te ontzien wordt de dijk in het gehele dijkvak opgebouwd vanuit de buitenteenlijn. Vanwege beperkte ruimte wordt het buitentalud in dijkvak 27 verflauwd naar circa 1:2,5 en vanwege de golfbelasting wordt het talud uitgevoerd met steenbekleding. Er wordt een overgang gecreëerd naar dijkvak 28 door de as zo veel mogelijk naar buiten te schuiven, zonder het zachthoutooibos aan te tasten. Hierdoor ontstaat er meer ruimte tussen het dijklichaam en de woningen en kan er aan de binnenzijde een beheerstrook worden gerealiseerd. De buitendijkse op- en afrit bij dijkpaal TG147 wordt iets in westelijke richting verschoven, om daarmee het zachthoutooibos te sparen. Hiervoor wordt ook de beheerstrook aan de buitenzijde iets versmald.
Landschappelijke inpassing
Waalbandijk 104
Ter plaatse van het huis aan Waalbanddijk 104 (TG143) is geen ruimte voor een binnenberm. Daar wordt de dijk aangelegd met een binnentalud van circa 1:3 en een ruimtebesparende oplossing. In verband met het zachthoutooibos aan de buitenzijde is het ook niet haalbaar om de dijk hier naar buiten te schuiven. Door de ruimtebesparende oplossing kan de huidige situatie bij de woning min of meer behouden blijven. De bomen in de tuin worden net niet geraakt en blijven in principe staan. De aansluiting en mogelijke effecten op bomen en de wensen hieromtrent worden in nader overleg met de eigenaren en gebruikers uitgewerkt.
Toeritten
Het hellingspercentage van de erf- en perceeltoeritten naar Waalbanddijk 100 (TG137), Waalbanddijk 104 (TG143) en Waalbanddijk 108 (TG146) wordt licht verflauwd. Het hellingspercentage van de toerit naar de Waalbanddijk 102 en de toerit ten westen van Waalbanddijk 104 blijft gelijk. De toerit wordt conform de huidige materialisering uitgevoerd.
Stoep Esterweg (TG142)
De verhoging van de dijk heeft effect op de helling van de stoep van de Esterweg. Deze wordt steiler (nu 5%) en aangepast naar de gewenste helling (circa 8%), door het talud binnendijks te verlengen en het grondlichaam uit te breiden. De bomen (essen) moeten vanwege deze aanpassing verwijderd worden. Daarvoor worden nieuwe essen aangeplant.
Meekoppelkansen
In het kader van de Gastvrije Waaldijk wordt op de aansluiting van de stoep Esterweg (TG142) met de weg op de dijk een plateau aangebracht om het verkeer te remmen.
Ter hoogte van TG147, bij de toerit naar het wandelgebied in de uiterwaarden, wordt een rust- en uitzichtpunt gerealiseerd volgens de principes van de Gastvrije Waaldijk. Het rust- en uitzichtpunt bestaat uit een plateau met ruimte om fietsen te plaatsen en een bankje. De recreatieve toegang naar de uiterwaard wordt tevens herkenbaar en toegankelijker gemaakt door het aanbrengen van een dijktrap, een bankje en een Waalzuil. De toerit naar de uiterwaarden wordt als vleugelstoep met de stroom mee gelegd en uitgevoerd in gras of grasbetonsteen.
Dit dijkvak is ingedeeld in vier delen: deel a loopt van TG147 tot TG147+80, deel b loopt van TG147+80 tot TG152, deel c loopt van TG152 tot TG153+50 en deel d loopt van TG153+50 tot TG153+80.
Versterkingsopgave
De dijk moet in dijkvak 28a en 28b 25 centimeter worden opgehoogd en in dijkvak 28c en 28d 60 centimeter tot NAP +10,88 meter. Er is zowel binnenwaarts als buitenwaarts een stabiliteitstekort in het hele dijkvak in delen a en b, in delen c en d is alleen een stabiliteitskort binnenwaarts. De pipingopgave is in het hele dijkvak niet urgent.
Keuze vergunningenontwerp 28a-c
In dijkvak 28a-c (TG147+50 en TG153+50) wordt een buitenwaartse asverschuiving toegepast. De bodem ter hoogte van dijkvak 28 is zeer slap. Voor een binnenwaartse dijkversterking zou daardoor een zeer brede binnenberm nodig zijn (circa 25 meter of langer), die tot aan de huizen van het woningencluster bij de Esterweg en tot ver in de achtertuinen bij de Zandstraat zou reiken. Ook liggen de woningen aan de Waalbandijk 116, 118 en 120 relatief dicht aan de dijk. Met een buitenwaartse asverschuiving kan de reeds belaste (en daardoor sterkere) bodem onder de huidige dijk benut worden voor de stabiliteit van de dijk. Dit leidt tot smallere binnenbermen. Tussen TG147+50 en TG149+30 liggen geen waardevolle natuurwaarden meer aan de buitenzijde en is een buitenwaartse versterking dus mogelijk. Tussen TG149+30 en TG153+50 heeft een buitenwaartse versterking een grotere impact op het cultuurhistorisch waardevolle gebied t.o.v. de binnenwaartse variant, maar vanwege de smallere binnenberm wordt de impact zoveel mogelijk beperkt gehouden. Ook vanwege de uniformiteit van de dijk tussen gaat de voorkeur van het waterschap uit naar een volledige buitenwaartse asverschuiving.
Beschrijving vergunningenontwerp 28a-c
De binnenbermen zijn circa 13 meter breed in dijkvak 28a en 28b en circa 12 meter breed in dijkvak 28c. De dijk wordt hier vanaf de erfgrenzen aan de binnenzijde naar buiten toe opgebouwd. De bestaande dijk wordt afgegraven en het binnentalud heeft een helling van circa 1:3. De binnenberm wordt ingestoken op circa 1/3e van de dijk. De binnenbermen worden voorzien van een beheerstrook. Omdat de pipingopgave niet urgent is, wordt hier nog geen maatregel opgenomen, maar wel een ruimtereservering getroffen.
Dijkvak 28a wordt uitgevoerd met een buitentalud van circa 1:3, het eerste deel heeft een steenbekleding. Dijkvakken 28b en c worden uitgevoerd met een buitentalud van circa 1:3 in gras.
Keuze vergunningenontwerp 28d
In dijkvak 28d (TG153+50 tot TG153+80) is gekozen voor een ruimtebesparende oplossing, in verband met woningen binnendijks en buitendijks.
Beschrijving vergunningenontwerp 28d
Het buitentalud krijgt een helling van circa 1:3 in gras. Het binnentalud krijgt ook een helling van circa 1:3.
Landschappelijke inpassing
Toeritten
De overgang naar een dijk met bredere binnenberm wordt opgevangen in combinatie met de erf-en perceelstoerit (TG146) van Waalbandijk 110 en 112. De toerit wordt conform de huidige materialisering uitgevoerd in asfalt. Het hellingspercentage van de erf- en perceeltoeritten naar Waalbanddijk 110 en Waalbanddijk 112 wordt licht verflauwd.
De erf-en perceelstoerit (TG148) naar Waalbandijk 114, 116 en 118 wordt conform de huidige materialisering teruggebracht en loopt haaks over de binnenberm en schuin omhoog in het binnentalud van de dijk. De toerit wordt, conform de huidige materialisering, uitgevoerd in asfalt. Het hellingpercentage van de erf- en perceeltoeritten van Waalbanddijk 114, 116 en 118 blijft gelijk.
De erf- en perceelstoerit naar de landbouwkavel bij TG151+80 wordt omgelegd om de zwarte populier te ontzien. Er wordt hier een inspringing in het binnenbermtalud voorzien.
De twee toeritten naar de uiterwaarden bij TG152 worden als dubbele vleugelstoep teruggebracht.
Overgang
De overgang van het steilere buitentalud met steenbekleding naar het flauwere circa 1:3 talud in gras van de inlaagdijk wordt helder gemarkeerd door de beheertoerit naar de uiterwaarden ter plaatse van dijkpaal TG147. Er wordt een beheerstrook van 5 meter op de binnenbermen aangelegd, die bij de Waalbanddijk 110, 112 en 114 wordt gecombineerd met de op- en afritten. Aan de buitenteen wordt een beheerstrook van 4 meter voorzien.
Afgetichelde laagtes
Door de buitenwaartse verschuiving verdwijnen in de uiterwaarden ook de bomen die aan de dijk grenzen. Dat zorgt voor een ruimer zicht over de buitendijkse gronden. Ook worden de afgetichelde laagtes geraakt. De afgetichelde laagtes zijn een waardevol cultuurhistorisch element in het landschap. Deze worden gecompenseerd door ze te verplaatsen naar de nieuwe buitenteen van de dijk. De nieuwe aanleg wordt tevens geschikt gemaakt als leefgebied voor de kamsalamander voor KRW waarden en compensatie vanuit waterhuishouding.
Dijkvak 29 is opgedeeld in vier delen: deel a loopt van TG153+80 tot TG155+60, deel b loopt van TG155+60 tot TG158+60, deel c loopt van TG158+60 tot TG159+40 en deel d loopt van TG159+40 tot TG162.
Versterkingsopgave
De dijk moet in het gehele dijkvak 50 centimeter opgehoogd worden tot de ontwerphoogte van NAP + 10,82 meter. Er is een stabiliteitstekort binnenwaarts. De pipingopgave is in deel a urgent en in de rest van het dijkvak niet.
Keuze vergunningenontwerp 29a
Ter plaatse van de dijkvak 29a liggen zowel binnen- als buitendijks woningen dicht aan de dijk. Buitendijks is een kil aanwezig. Deze mag niet worden geraakt door de dijkversterking, vanwege de daar aanwezige natuurwaarden (leefgebied smient). Tevens ligt buitenwaarts het kwalificerende habitattype zachthoutooibos. Daarom wordt hier een ruimtebesparende oplossing met beperkte asverschuiving toegepast.
Beschrijving vergunningenontwerp 29a
De ruimtebesparende oplossing lost zowel het stabiliteitstekort als de pipingopgave op. Het buitentalud krijgt een helling van circa 1:2,5 en wordt met steen bekleed. Het binnentalud krijgt een helling van circa 1:3 en wordt met gras bekleed.
Keuze vergunningenontwerp 29b-d
In de delen b, c en d wordt de dijk versterkt met een gedeeltelijk buitenwaartse asverschuiving. De keuze komt voort uit de aaneengesloten bebouwing en boomgaarden binnendijks. Om de buitenwaartse versterking mogelijk te maken, is de woning aan de Waalbandijk 22 (TG162) aangekocht. Aankoop van de woning en daarmee toepassing van een grondoplossing is hier goedkoper dan een constructie.
Beschrijving vergunningenontwerp 29b-d
De binnenbermen worden hoger ingestoken, zodat de bermen smaller zijn en niet te dicht bij de woningen binnendijks komen. In deel b en d is een berm nodig van circa 14 meter breed, die wordt ingestoken op circa 2/5e van de dijk. In deel c is een berm nodig van circa 11 meter breed, die wordt ingestoken op circa 1/2e van de dijk, om de huizen met opstallen minder dicht te naderen en te kunnen combineren met de vleugelstoep van de Nieuwe Stoep. De binnenbermen worden voorzien van een beheerstrook van 5 meter breed. De dijk wordt vanaf de erfgrenzen binnenwaarts naar buiten toe opgebouwd. De nieuwe buitenteen van de dijk wordt zo gesitueerd dat deze aansluit op de oever van de buitendijks gelegen kil. Het buitentalud krijgt daarom een helling van circa 1:2,5 en wordt met steen bekleed. Het binnentalud krijgt een helling van circa 1:3 en wordt met gras bekleed. Omdat de pipingopgave niet urgent is, wordt hier nog geen maatregel opgenomen, maar wel een ruimtereservering getroffen.
Landschappelijke inpassing
Kil
Door de buitenwaartse verschuiving verdwijnen in de uiterwaarden ook de bomen die aan de dijk grenzen. Dat zorgt voor een ruimer zicht over de buitendijkse gronden en het verbetert de beleving van de kil. De rand van de kil wordt zachter gemaakt. Op de gemiddelde waterlijn wordt een aflopende onderwateroever aangelegd. Het talud daarvan is wisselend van circa 1:5 of flauwer zodat een natuurlijk ogende rand ontstaat die past bij de uitstraling van een door de dynamiek van de rivier ontstaan waterlichaam. Bij normale waterstanden kan vanaf deze oever het buitentalud beheerd worden.
Overgang
De overgang naar een dijk met bredere binnenberm ter hoogte van TG154 wordt ingepast in combinatie met de erf-en perceelstoerit naar Waaldijk 33. De erf-en perceelstoerit wordt teruggebracht. De toerit wordt, conform de huidige materialisering, uitgevoerd in grasbeton.
Meekoppelkansen
De aansluiting van de toerit naar de uiterwaarden (ter hoogte van TG154) wordt wordt herkenbaar gemaakt door het aanbrengen van een Waalzuil. Hiervoor wordt de Waalband verbreed naar circa 1,20 meter. De plek wordt ingericht volgens de principes van de Gastvrije Waaldijk. De toerit wordt naar het westen verschoven om het huis en de tuin van Waaldijk 33 niet te raken en conform de huidige materialisering uitgevoerd in grasbetonsteen.
De huidige aansluiting van de Nieuwe Stoep (ter hoogte van TG159) op de dijk wordt opgelost met een dubbele vleugelstoep. Bij de buitenwaartse verschuiving is het nog steeds niet haalbaar een haakse aansluiting te maken zonder belendende percelen en huizen te beïnvloeden. De vleugelstoep wordt daarom weer toegepast. De huidige helling is 8%. De wordt gelijk gehouden.
Dijkvak 30 loopt van TG162 tot TG163+ 75.
Versterkingsopgave
De dijk moet met 50 centimeter worden opgehoogd tot NAP +10,66 m. Er is zowel binnenwaarts als buitenwaarts een stabiliteitstekort en de pipingopgave is niet urgent.
Keuze vergunningenontwerp
Voor een binnenwaartse dijkversterking zou zodoende een lange binnenberm nodig zijn (circa 25 meter of breder). Binnendijks zijn aaneengesloten bebouwing en boomgaarden aanwezig die een binnenwaartse asverschuiving onwenselijk maken. In dijkvak 30 wordt daarom een buitenwaartse asverschuiving toegepast. Met een buitenwaartse asverschuiving kan de reeds belaste (en daardoor sterkere) bodem onder de huidige dijk benut worden voor de stabiliteit van de dijk. Deze oplossing heeft geen negatieve gevolgen voor de doorstroming van de rivier bij hoog water en beschermde soorten en habitattypen.
Beschrijving vergunningenontwerp
Dit leidt tot een smallere binnenberm van circa 10 meter. Hiermee worden woningen en tuinen binnendijks ontzien. De berm wordt ingestoken op circa 1/3e van de dijkhoogte. De dijk wordt vanaf de erfgrenzen naar buiten toe opgebouwd. De bestaande dijk wordt afgegraven en de binnenberm wordt met een talud van circa 1:3 aangelegd. Het buitentalud wordt ook met een helling van circa 1:3 aangebracht en met gras bekleed. De dijk wordt vloeiend aangesloten op dijkvak 31a. Daarvoor wordt in dijkvak 31a een verkorte binnenberm aangelegd die aansluit op dijkvak 30. Omdat de pipingopgave niet urgent is, wordt hier nog geen maatregel opgenomen, maar wel een ruimtereservering getroffen.
Landschappelijke inpassing
Overgang Heesseltsche Uiterwaarden – Opijnen
De overgang van de flauwere circa 1:3 taluds in de Heesseltsche Uiterwaarden naar de steile, met stenen beklede dijk bij Opijnen wordt helder gemarkeerd door de beheertoerit naar de uiterwaarden tussen dijkpaal TG162 en TG163. De toerit naar de uiterwaarden wordt als vleugelstoep met de stroom mee gelegd, en uitgevoerd in gras-of betonstraatsteen.
Toeritten
De erf- en perceelstoerit naar Waalbandijk 20a en 21 wordt teruggebracht en loopt haaks over de binnenberm en schuin omhoog in het binnentalud van de dijk. De toerit wordt, conform de huidige materialisering, uitgevoerd in asfalt.
De erf- en perceelstoerit naar de achtertuin van Zandstraat 27 wordt in dezelfde vorm teruggebracht.
De erf- en perceelstoerit naar de achtertuin van Zandstraat 30a (Minicamping ‘De Geheime Hof) wordt als vleugelstoep teruggebracht. De toerit wordt uitgevoerd in gras of grasbetonsteen. Hetzelfde bankje wordt teruggeplaatst.