
Voor de nieuwe vaarverbinding zijn in het MER zes verschillende routes onderzocht. In het MER worden deze routes ook wel ‘alternatieven’ genoemd. De volgende alternatieven zijn onderzocht:
- Nulplusalternatief
- Vuntus via ’t Hol
- Vuntus via het Moleneind
- Vuntus via Loenderveense Plas Oost
- Loenderveense Plas Oost
- Vecht
Selectie van uitvoerbare alternatieven
In een eerder stadium van de m.e.r.-procedure zijn meer mogelijkheden bekeken om te komen tot een nieuwe vaarverbinding. De m.e.r.-procedure is gestart met het opstellen van de notitie reikwijdte en detailniveau (NRD). In de NRD is een groot aantal alternatieven voor een kortere vaarroute onderzocht. Gekeken is of de alternatieven uitvoerbaar zijn. Dit heeft een eerste selectie opgeleverd. Op basis van inspraakreacties op de NRD zijn er twee alternatieven aan deze selectie toegevoegd, één die eerder in de NRD was afgevallen en een nieuw alternatief. In onderstaand figuur is de selectie van alternatieven gevisualiseerd. In het MER is uitgebreider ingegaan op de selectie van alternatieven en de reden waarom andere alternatieven zijn afgevallen.

Gebruiksmogelijkheden
Naast de alternatieven (routes) worden ook enkele varianten (gebruiksmogelijkheden) van de nieuwe vaarverbinding onderzocht. Per alternatief is gekeken naar de mogelijkheid om deze geschikt te maken voor verschillende type boten: kleine/grote sloep, motorjachten in de ‘DM-klasse’ en alleen boten met een elektrische motor. Deze verschillende gebruiksmogelijkheden worden in het MER ook wel ‘varianten’ genoemd.

De gebruiksmogelijkheden worden onderzocht door de effecten van diverse typen boten te onderzoeken, ieder met zijn eigen specificaties. Het gaat hier om specificaties zoals de doorvaarthoogte en doorvaartbreedte van boten, de diepgang van boten en de aandrijving van boten. In het MER is uitgegaan van de specificaties zoals weergegeven in onderstaande tabel.

In de tabel hierna is samengevat welke gebruiksmogelijkheden (type boot) per alternatief worden onderzocht. De goud gearceerde gebruiksmogelijkheden vormen de basis voor de effectbeoordeling van een alternatief. Voorbeeld: bij alternatief ‘Vecht’ is rekening gehouden met de specificaties van een grote sloep, terwijl bij de route Vuntus via ’t Hol rekening is gehouden met de specificaties van een kleine sloep*. In het MER zijn de overige gebruiksmogelijkheden vervolgens als variant beschouwd. Dit is gedaan door te kijken of een ander type boot zou leiden tot meer of minder effecten dan de type boot die in het alternatief is onderzocht. Voorbeeld: de variant DM-klasse is bij het alternatief ‘Vecht’ afgezet tegen de effecten van de grote sloep.
Voor elektrisch varen geldt dat er geen onderscheid is in omvang van de boten (zowel kleine, grote sloep als DM-klasse kunnen elektrisch worden uitgevoerd) maar dat het onderscheid zit in de aandrijving.

* Uitgangspunt voor de alternatieven was de grote sloep. Bij het opstellen van het MER is besloten dat het tevens een uitgangspunt is dat de doorgangen door de Oud-Loosdrechtsedijk (De Heul en Horregat) niet worden aangepast. De huidige doorgang is groot genoeg voor kleine sloepen. Daarom is besloten dat alternatieven die van deze doorgang gebruik maken (alle routes door de Vuntus), in de basis uitgaan van de kleine sloep.
Toelichting op tabel: bij de alternatieven Vuntus via ’t Hol en Vuntus via het Moleneind is vastgesteld dat deze routes niet geschikt te maken zijn voor grotere boten dan de kleine sloep. Dit zou namelijk op voorhand leiden tot significant negatieve effecten op Natura 2000-gebied. Om die reden zijn deze varianten in het MER niet nader beschouwd.