Ruimtelijke kwaliteit
Onder het thema ruimtelijke kwaliteit vallen verschillende aspecten waarop de drie varianten zijn getoetst. Het betreft hier de versterking van de ruimtelijk-visuele kwaliteit, versterking van de bereikbaarheid en vitaliteit van kernen en buitengebied, en meekoppelkansen met nieuwe en lopende initiatieven in de omgeving. Hieruit volgen de volgende conclusies:
Uit onderstaande tabel blijkt dat variant A voor ruimtelijke kwaliteit op elk aspect positief wordt beoordeeld. Wat betreft meekoppelkansen zijn er beperkt verschillen tussen de varianten. De beoordeling is echter sterk afhankelijk van het aantal initiatieven dat per tracédeel meegekoppeld kan worden. Voor de andere twee aspecten zijn er wel verschillen tussen de varianten. Zo scoort variant B negatief wat betreft de versterking van de bereikbaarheid en vitaliteit van kernen en buitengebied, dit heeft onder andere te maken met het wegnemen van de bereikbaarheid van het buitengebied bij De Plateaux Hageven en het behoud van sluipverkeer op de Bergeijksedijk en door Borkel en Schaft. Daarnaast wordt Lommel minder goed ontsloten. Op het vlak van de versterking van de ruimtelijk-visuele kwaliteit en belevingswaarde scoort variant A positiever dan de andere varianten, aangezien de weg in het grensgebied ondergronds komt te liggen en daardoor ruimte biedt voor een kwalitatieve herinrichting.
Onderstaand drop-down menu geeft nadere info over het effect van de varianten op deze thema’s.
De ruimtelijk-visuele kwaliteit en belevingswaarde is bekeken vanuit de gebruiker van het gebied, dus niet de gebruiker van de weg (zie criterium wegbeeld). Er is hierbij rekening gehouden met de zichtbaarheid in het landschap en de inpassing en uitstraling van de weg. Ook is er gekeken naar de huidige zichtbaarheid en hoe dit zich verhoudt tot de varianten. Hierbij is de breedte van het volledige profiel in acht genomen, mogelijk staan bomen hierdoor verder uit elkaar. Als gevolg hiervan krijgt de gebruiker van het gebied, bijvoorbeeld recreanten, mogelijk minder het gevoel door een bos te rijden/wandelen. De volgende criteria zijn gehanteerd:
+ + de weg gaat op in het landschap en zorgt voor bijkomende ruimtelijke kwaliteit;
+ de weg gaat op in het landschap;
0 er verandert weinig t.o.v. de referentiesituatie;
– de weg zorgt voor een mindere beleving van het omliggende landschap;
– – de weg ontneemt het gebied haar ruimtelijke kwaliteiten en vermindert de belevingswaarde.
Conclusies
De varianten en tracédelen zijn zeer onderscheidend. Variant A wordt door het behoud van de monumentale bomen en volledige ondertunneling/verdieping van tracédeel 1 en 3 positiever beoordeeld dan de andere varianten. Met name de verhoogde ligging is vanuit de ruimtelijk-visuele kwaliteit en belevingswaarde niet wenselijk. Dit heeft een grote impact op het landschap. Ook de aanleg van grootschalige op- en afrittencomplexen heeft een negatief effect op de beoordelingen, dit is terug te zien in de beoordeling van variant B, tracédeel 1 en variant C, tracédeel 3.
Ruimtelijk-visuele kwaliteit en belevingswaarde | Tracédeel 1 | Tracédeel 2 | Tracédeel 3 | Totaal |
Variant A | + + | + | + | + |
Variant B | – | 0 | 0 | 0 |
Variant C | 0 | + | – – | 0 |
Eventuele kansen
Het ecoduct bij tracédeel 2 biedt kansen om een wandelstructuur te realiseren. Dit hoeft geen onderdeel uit te maken van het bestaande wandelknooppuntennetwerk, maar kan op zichzelf staan. Dit versterkt de belevingswaarde mogelijk nog verder. Een herinrichting van het grensgebied kan de ruimtelijk-visuele kwaliteit en belevingswaarde van de omgeving nog verder verbeteren.
Het is belangrijk met het oog op sociale veiligheid om de tunnel bij Achterste Brug in variant B en C voldoende te verlichten. Ook kan er gebruik gemaakt worden van natuurlijke materialen en beplanting (onder meer bijen- en vlinderplanten). Het talud van de verhoogde weg binnen variant C biedt eveneens kansen voor de aanplant van bijenplanten en inheemse plantensoorten.
Er is voor dit thema gekeken of omliggende kernen nog bereikbaar blijven en of het gebied rond de weg nog welk vitaal blijft. Er is hierbij gekeken naar de locatie van
ontsluitingen en alternatieve routes. Ook is geïnventariseerd welke functies er al zijn en in welke mate deze hinder ondervinden of kansen zien van de herinrichting. De volgende criteria zijn gehanteerd:
+ + de bereikbaarheid en vitaliteit van de kernen wordt vergroot;
+ de bereikbaarheid of vitaliteit van de kernen wordt vergroot;
0 er verandert weinig t.o.v. de referentiesituatie;
– de bereikbaarheid of vitaliteit van de kernen verslechtert;
– – de bereikbaarheid en vitaliteit van de kernen verslechtert.
Conclusies
De beoordeling van dit thema vond plaats voor het gehele tracé, waardoor de tracédelen niet onderscheidend zijn. Variant B variant scoort minder goed dan de andere varianten, onder andere door de doorsnijding van het grensgebied binnen tracédeel 3.
Bereikbaarheid en vitaliteit kernen en buitengebied | Tracédeel 1 | Tracédeel 2 | Tracédeel 3 | Totaal |
Variant A | + | + | + | + |
Variant B | – | – | – | – |
Variant C | + | + | + | + |
Eventuele kansen
Het wegnemen van sluipverkeer op de Bergeijksedijk en Dorpsstraat binnen varianten A en C biedt mogelijkheden om binnen het bestaande wegprofiel in de kernen meer ruimte te genereren voor fietsers en voetgangers. Er kunnen gemakkelijker gezamenlijk georganiseerde evenementen plaatsvinden in de kern (buitenspeeldagen, sportevenementen, markt, …) wat een aantrekkende werking heeft op lokaal en bestemmingsverkeer.
Er zijn verschillende initiatieven in de omgeving die mogelijk meegenomen kunnen worden binnen het project. Deze zijn in een vroeg stadium benoemd door de betrokken bevoegde gezagen. Het betreft de volgende initiatieven:
Tracédeel 1
- Fietsambitie Kempervennendreef / Weerderdijk
- Ontwikkeling Leasurezone, Eurocircuit, Natuurpoort De Malpie (onderdeel Masterplan De Groote Heide – Dommelland)
- Afslag Kempervennen
- Vervanging persleiding Borkel – Valkenswaard
- Liberation Route / Operation Market Garden / Liberation Task Force
- Nulplusmaatregelen Fressevenweg
- Gemeentelijke energie initiatieven (zonnepanelen)
- Wateropgave: vernatting en verdroging + KRW natte natuurparel
- Kavelruil
Tracédeel 2
- Windmolenpark
- Masterplan De Groote Heide – Dommelland (leisure, natuur, paardensport, natuurpoort)
- Economische impuls Achterste Brug (ontsluiting OV, voorzieningen, natuurpoort)
- Ecologische verbindingszone
- Kavelruil
Tracédeel 3
- Nulplusmaatregel de Maaij
- Ruimtelijk plan grensgebied
- Recreatief punt grensovergang
- Landgrensoverschrijdend Dommelland
- Wateropgave: verdroging
- Kavelruil NL – BE
- Overdracht N715 naar gemeente Lommel
- Project NZLimburg
Bovenstaande initiatieven maken geen onderdeel uit van de referentiesituatie als autonome ontwikkeling. Wel maakt de asfaltering van Achterste Brug als onderdeel van het Masterplan Dommelland deel uit van de referentiesituatie. Er is beoordeeld in hoeverre het kansrijk is deze initiatieven te koppelen aan het planvoornemen. De volgende criteria zijn gehanteerd:
+ + nieuwe en lopende initiatieven kunnen gemakkelijk worden meegekoppeld;
+ nieuwe en lopende initiatieven kunnen mogelijk worden meegekoppeld;
0 het meekoppelen van nieuwe en lopende initiatieven wordt niet als kansrijk gezien, maar het voornemen staat deze niet in de weg;
– de herinrichting beperkt nieuwe en lopende initiatieven;
– – de herinrichting maakt nieuwe en lopende initiatieven onmogelijk.
Onderstaande tabel geeft een overzicht van hoe de verschillende kansen beoordeeld worden als meekoppelkans binnen tracédeel 1 van de varianten.
Meekoppelkansen tracédeel 1 | Variant A | Variant B | Variant C |
Fietsambitie Kempervennendreef / Weerderdijk | + + | + + | + + |
Ontwikkeling Leasurezone | 0 | 0 | 0 |
Afslag Kempervennen | + + | + + | + + |
Vervanging persleiding Borkel – Valkenswaard | + | + | + |
Liberation Route / Operation Market Garden / Liberation Task Force | + | + | + + |
Nulplusmaatregelen Fressevenweg | + + | + | + + |
Gemeentelijke energie initiatieven (zonnepanelen) | 0 | 0 | 0 |
Wateropgave: vernatting en verdroging + KRW natte natuurparel | + | + | + |
Kavelruil | 0 | 0 | 0 |
Gemiddelde beoordeling | + | + | + |
Onderstaande tabel geeft een overzicht van hoe de verschillende kansen beoordeeld worden als meekoppelkans binnen tracédeel 2 van de varianten.
Meekoppelkansen tracédeel 2 | Variant A | Variant B | Variant C |
Gemeentelijke energie initiatieven (zonnepanelen, windpark) | + | + + | + |
Masterplan De Groote Heide – Dommelland (leisure, natuur, paardensport, natuurpoort) | 0 | 0 | – |
Economische impuls Achterste Brug (ontsluiting OV, voorzieningen, natuurpoort) | + + | – – | 0 |
Ecologische verbindingszone | + + | + + | + + |
Kavelruil | 0 | 0 | 0 |
Gemiddelde beoordeling | + | 0 | 0 |
Onderstaande tabel geeft een overzicht van hoe de verschillende kansen beoordeeld worden als meekoppelkans binnen tracédeel 3 van de varianten.
Meekoppelkansen tracédeel 3 | Variant A | Variant B | Variant C |
Nulplusmaatregel de Maaij | 0 | 0 | 0 |
Ruimtelijk plan grensovergang | + + | – | + + |
Recreatief punt grensovergang | 0 | – | 0 |
Landgrensoverschrijdend Dommelland | 0 | 0 | 0 |
Wateropgave: verdroging | + | + | + |
Overdracht N715 naar gemeente Lommel | 0 | 0 | 0 |
Project NZLimburg | + | + | + + |
Kavelruil | 0 | 0 | 0 |
Gemiddelde beoordeling | + | 0 | + |
Conclusies
Uit onderstaande tabel blijkt dat de tracédelen beperkt onderscheidend zijn voor de algehele beoordeling van de varianten. Enkel tracédelen 2 en 3 lopen beperkt uiteen, met een positieve beoordeling van tracédeel 2A en tracédeel 2 van de minimale DV variant en neutraal voor 2B en 2C. De gemiddelde beoordeling is redelijk gelijk voor alle varianten. Enkel variant B wordt neutraal beoordeeld. Dit komt doordat deze door het beperken van aansluitingen in het zuiden en het doorsnijden van het grensgebied minder positief wordt beoordeeld op meekoppelkansen. In een vervolgfase dienen de werkelijk uit te voeren ontwikkelingen meegenomen te worden bij de herinrichting. Er zal dan ook meer bekend zijn over het ruimtelijk plan en de wensen van de gemeenten.
Meekoppelkansen | Tracédeel 1 | Tracédeel 2 | Tracédeel 3 | Totaal |
Variant A | + | + | + | + |
Variant B | + | 0 | 0 | 0 |
Variant C | + | 0 | + | + |